Jacob is de zoon van Samson de Rooij en Carolina Cohen. Vader Samson is geboren op 10 december 1871 in het meer dan omvangrijke gezin van Mozes de Rooij. Mozes en zijn vrouw Sara Boeken hadden maar liefst 11 kinderen. Samson en Carolina trouwden op 22 november 1893. De achternaam van Jacob wordt soms gespeld met ij en soms met y. Ik hou mij aan de spelling van de archiefkaart: ‘de Rooij’. Zijn vader die ook een eigen archiefkaart heeft kreeg als achternaam ‘de Rooy’.
Samson en zijn ouders en de vele broers en zusters groeien op in de Oude Jodenbuurt. Kijken we naar de ‘overgenomen delen’, opvallend is het adres Markenplein waar men op nummer 1, 2 en 3 komt te wonen.
Samson en zijn gezin wonen tussen dec. 1893 en 1940 op 21 verschillende adressen. Ook dit gezin is omvangrijk te noemen met in totaal 12 kinderen, waarvan er twee op jonge / zeer jonge leeftijd zouden overlijden (zoon Nochem werd 4 maanden en 4 dagen oud, zoon Marcus slechts 2 dagen). Samson was venter, maar werkte ook als pakhuisknecht. Maar opvallend is dat hij als jonge man ook geleerd heeft voor diamantslijper. Dit valt te halen uit het militieregister toen hij in 1891 werd gekeurd. Hij was trouwens vrij lang met zijn 1 meter en 676 mm. Samson had geen opvallende kenmerken die vermeldenswaard zijn. Hij werd vanwege lichaamsgebreken afgekeurd (aandoening 211 – misvorming van de borstkas).
Carolina Cohen geboren op 31 augustus 1872, groei op in de provincie Groningen. Haar vader is Nochum Cohen geboren in 1828 of in 1829, haar moeder Jetta Barenstein geboren op 6 oktober 1832. Uitgaande van de geboorteakte en geboorteplaats van Nochum zou 29 januari 1828 te Oude Pekela zijn, in Amsterdam wordt echter 29 juni 1829 genoteerd. Nochem wordt ‘inlandse kramer’ genoemd. Dat wil zowel zeggen dat hij langs de deuren mocht met artikelen, maar hij mocht ook op de markt staan. Zij trouwden op 30 oktober 1855 waarbij Jetta verklaarde het schrijven niet geleerd te hebben. Een ouder zusje van Carolina overleed op 9-jarige leeftijd en had dezelfde naam, Carolina Cohen.
In het jaar 1891 komt het gezin naar Amsterdam. Opvallend genoeg veranderen de namen van de ouders. Nochum wordt Noghem Lazarus en Jetta Barenstein wordt Jetta Barnstijn. Wonen doen ze in de Jordaan, zie het overzicht, uit ‘Overgenomen Delen’.
NAAR: Retiefstraat, de Kopadressen
OF NAAR: VERHAAL 2